Een gesprek met Tom Wensink
Algemeen 916 keer gelezenMensen die wel eens een bezoek hebben gebracht aan Ramtorenschip De Buffel zullen Tom vast hebben gezien. Hij brengt heel wat uurtjes door op ‘zijn schip’ en met zijn karakteristieke baard valt hij best op. Vandaag maken we nader kennis met Tom.
Tom is geen echte Hellevoeter, hij is geboren en getogen in Den Haag. Het grote gezin woonde destijds aan de Turfmarkt, middenin de stad. Het oude gedeelte, de ruige buurt. Zijn Haagse afkomst is nog enigszins te horen aan zijn Haagse tongval. Interesse in water, varen en de zee had Tom al van jongs af aan. In zijn onderbroek – een zwembroek had je destijds nog niet – zwom hij al jong in de Scheveningse haven en hing hij er graag rond.
Het was dus een logisch vervolg dat Tom naar de School voor Rijn- en Binnenvaart ging, gevolgd door de Zeevaartschool. Maar, nadat zijn droom om te gaan varen werkelijkheid was geworden en hij was gaan varen op Scandinavië, waren het zijn ouders die dit harde, koude bestaan maar niets voor hem vonden.
“Mijn ouders stuurden me naar het arbeidsbureau om te bezien welk werk voor mij geschikt zou kunnen zijn. Uiteindelijk werd dat verpleegkundige in de psychiatrische zorg.” Mijn ouders zaten beiden in de zorg, moeder was verloskundige. Wij hadden al heel vroeg een telefoon en als ik als jong jongetje alleen thuis was, dan moest ik de telefoon opnemen. Mijn moeder had me geleerd wat ik moest vragen. Dan kreeg een vrouw met weeën een ventje aan de telefoon die vroeg hoeveel tijd er tussen zat. Was het antwoord dan ‘tien minuten’, dan zei ik dat het nog niet nodig was dat mijn moeder kwam.”
Tom ging intern bij een instelling en kreeg daar zijn opleiding. “Maar al snel bleek ik toch andere ideeën over de verzorging van dergelijke patiënten had dan de leiding en ging ik toch weer op zoek naar ander werk.” Tom liet zich vervolgens omscholen en ging werken in de sociale dienstverlening. Hij werd maatschappelijk werker en re-integratieadviseur. In de jaren tachtig bekleedde hij diverse functies bij verschillende gemeenten en het GAK. Uiteindelijk vond hij in de jaren ’80 een baan bij de gemeente Brielle, waar zowel zijn opleiding als zijn voorkeur voor historie en het maritieme leven samenkwamen en zo kwam het dat het gezin Wensink verhuisde naar Hellevoetsluis.
“Ik was in die tijd een bezig baasje en pakte van alles en nog wat aan, waardoor ik op een gegeven moment overbelast raakte. Toen moest ik plotsklaps mijn werkzaamheden neerleggen. Ik bezat al een catamaran en toen hebben we met het gezin een aantal prachtige reizen gemaakt, onder andere naar de Kanaaleilanden.” Nadat Tom zich had herpakt, besloot hij het roer volledig om te gooien en werd hij een Fred Teeven avant la lettre. Hij besloot buschauffeur te worden bij Connexxion. “Dat werk beviel geweldig, veel contact met mensen en overzichtelijke werktijden.” Uiteindelijk haalde Tom bij het bedrijf zijn 25-jarig jubileum voor hij in 2016 met pensioen ging.
Vanuit zijn interesse voor maritieme historie verbaasde Tom zich al tijden over het feit dat het Hellevoetse verleden zo weinig onder de aandacht werd gebracht en nadat hij had kennisgemaakt met Rich van Kralingen van het Stadsmuseum en Arie van den Ban, die later De Buffel naar Hellevoetsluis haalde, besloot Tom zich echt te verdiepen in hetgeen zich vroeger in Hellevoetsluis afspeelde. Dat leidde tot zijn historische roman ‘Kapers op de Hollandse Kust ‘ die in 2014 verscheen. Het verhaal speelt zich af in de Gouden Eeuw, toen de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden was uitgegroeid tot een wereldmacht. Hollandse handelsschepen voeren over alle wereldzeeën, stichtten nederzettingen en kolonialiseerden hele gebieden.
Tom heeft uitvoerig historisch onderzoek gedaan naar het maritieme verleden van Hellevoetsluis. Zijn boek geeft een beeld van het leven aan boord van een Hollands oorlogsschip en verschillende havens zoals Hellevoetsluis, Middelharnis en Zierikzee. Historische personen, zoals Maarten Tromp, Michiel de Ruyter en Johan de Witt komen in de roman voor. Sinds begin oktober 2016 is Tom voorzitter van de Stichting Ramtorenschip Buffel in Hellevoetsluis. Mede hierdoor is hij al jaren nauw betrokken bij de activiteiten om de geschiedenis van Hellevoetsluis als uitvalbasis van marine en koopvaardij een plaats te geven in de lokale musea. “Ik ben niet alleen trots op de vele trouwe vrijwilligers die er voor De Buffel zijn – iedereen vanaf de start is er nog – maar Hellevoetsluis mag blij zijn met alle vrijwilligers die zich op zoveel plekken met hart en ziel inzetten. Zij houden de boel draaiend.”
Tot juli 2021 was Tom tevens als bestuurslid verbonden aan de Stichting Ontwikkeling en Exploitatie Museumkwartier Hellevoetsluis. Doelstelling van Fortresse – zoals nu de naam is – is de realisatie één museum gericht op historie Hellevoetsluis als marine haven. Tom is verder mede-initiatiefnemer van de oprichting van de Stichting Vestingeiland Holland. Er ontstaat één gemeente Voorne aan Zee en deze stichting heeft tot doelstelling het bevorderen van een toekomstbestendige organisatie en samenwerking rondom de musea en historische organisaties op Voorne-Putten.
Tom is een bezig baasje want hij is ook nog eens als projectcoördinator betrokken bij de Stichting Historyland Hellevoetsluis. Daar runt hij het project ‘Restauratie Jan Lels’. De voormalige reddingboot President Jan Lels die gedurende de periode 1930-1965 dienst deed op het reddingstation Hoek van Holland ligt al enige tijd op het terrein van Historyland. De reddingboot is in die periode betrokken geweest bij het redden van bemanningen van schepen en vliegtuigen die voor de kust van de Zuid-Hollandse en Zeeuwse eilanden en de monding van de Nieuwe Waterweg verloren zijn gegaan.
In de komende jaren wil Historyland de museale activiteiten gaan uitbreiden door onder meer aandacht te schenken aan de geschiedenis van het eiland Voorne. Een onderdeel van die museale aandacht zal worden besteed aan de geschiedenis van het reddingwezen. Er wordt een loods gebouwd waarbinnen de restauratie de voormalige reddingboot plaatsvindt. Tom: “Ik zou nog veel meer op Voorne Putten willen organiseren, we hebben goud in handen als we het op de juiste manier aanpakken en samenwerking met diverse instanties in Nederland biedt allerlei kansen, daar ben ik van overtuigd.” Tom wil zijn drukke werkzaamheden enigszins afbouwen. “Ik heb het thuisfront beloofd een stapje terug te doen bij De Buffel en wat meer tijd vrij te zullen maken om er eens lekker op uit te gaan met de caravan. Wij komen als bestuur toch op een bepaalde leeftijd en dan wordt het tijd om het stokje over te dragen. Niet dat men helemaal van me af is hoor, want ik wordt binnenkort benoemd tot Onder Equipagemeester, dit was de persoon die vroeger het beheer had over scheepstoerustingen. Het zo origineel mogelijke kostuum is me al aangemeten en je zult me dit jaar in vol ornaat door Hellevoetsluis kunnen zien lopen.”