Knotwilgen typeren het Hollanse landschap al eeuwenlang.
Knotwilgen typeren het Hollanse landschap al eeuwenlang.

Waarom moeten wilgen geknot worden?

Algemeen 875 keer gelezen

In de rubriek Buiten gewoon groen vertelt Hollandse Delta iedere week iets over de natuur in onze omgeving. Het waterschap verzorgt veel groen in de polder. 

Langs de sloten en waterkanten in onze polders staan veel knotwilgen. Over het knotten krijgt het waterschap vaak vragen. Het is niet moeilijk, maar er zijn wel een aantal zaken waar je op moet letten. De wilg groeit snel, maar hoeft niet vaak gesnoeid of geknot te worden. Ongeveer elke 3 à 4 jaar tussen november en maart. Knot je de wilg in zijn bloeitijd (april tot begin oktober), dan stopt de zuurstofproductie. De stam wordt dan heel zwak en sterft af. Dit wil je natuurlijk voorkomen. Ben je eenmaal begonnen met het knotten van een wilg, dan moet je dit blijven doen. Zo blijft de knot redelijk compact.

Hoe knot je een wilg?
Bij dunne takken gebruik je een snoeischaar, dit geeft een nette snijwond. Deze takken knip je af tot op de knot zelf. Voor dikke takken pak je een snoeizaag of kettingzaag. Zaag de dikke takken tot 20 cm van de knot af en daarna de rest. Zo verklein je de kans op scheuren van de knot en hou je een mooie knot over.

Stuur jouw foto
Mail de redactie
Meld een correctie

Uit de krant