Afbeelding
Foto: MdN
Zomaar een Hellevoeter

Een interview met Frank Moerland

Actueel 1.461 keer gelezen

Hellevoetsluis - De nu 19-jarige Frank Moerland woont al sinds zijn geboorte in Hellevoetsluis. Een dus nog jonge, maar wel geboren Hellevoeter. Frank is een van de jongste, zo niet de jongste molenaar in onze regio.

'Ik heb eerst de mavo en de havo gedaan', vertelt Frank. 'Nu zit ik op de lerarenopleiding voor aardrijkskundeleraar. Ik vond leraar altijd wel leuk en aardrijkskunde vond ik ook een geweldig vak. Het heeft ook overkoepelende dingen met molens. En molens vond ik al leuk toen ik nog heel klein was en in de kinderwagen zat. Je kon mij dan ook in de kinderwagen voor een draaiende molen zetten en dan hoorde je me niet meer. Dan was ik gewoon stil. Vooral met mijn opa bezocht ik al vroeg molens. Hij haalde me op en dan gingen we een rondje rijden met de auto en gingen we veel langs molens. Zo zijn we toen ook op de molen in Goedereede beland. Ik ben dan wel een Hellevoeter, maar ik ben eigenlijk altijd wel het meeste bezig op deze molen. Hier mocht ik ook als eerste al met van alles meehelpen. Ik kwam daar al als klein jochie van vier jaar en mijn opa vond het hier ook altijd heel gezellig. Opa ging er op de koffie en ik was lekker bezig. Mijn opa overleed toen ik zeven jaar was en ik miste dat wekelijkse uitje heel erg. Toen heeft mijn andere opa dat overgenomen en mijn ouders ook een beetje. Zo kon ik er gelukkig blijven komen. Toen ik oud genoeg was, werd ik er gebracht door mijn ouders en haalden ze me aan het eind van de dag weer op bij de molenaar. Zo kon ik toch iedere zaterdag op de molen zijn. Daar heb ik dus enorm veel geleerd, want bij het vak van molenaar, draait ook heel veel om ervaring.' 

'Ik wist dus ook al heel vroeg dat ik molenaar wilde worden. Maar daar zit een leeftijdsgrens aan. Je moet minimaal 16 jaar zijn om te kunnen beginnen met de opleiding tot molenaar en je moet minimaal 18 jaar zijn om examen te kunnen doen. Nu is de minimale leeftijd om met de opleiding te kunnen beginnen, verlaagd naar 14 jaar. Voor mij was het zo dat ik eigenlijk gewoon verder ging, zoals ik dat altijd al deed. Het verschil was alleen dat ik nu mijn uren bij moest houden dat ik op de molen was. Je moet voor de opleiding ook alle seizoenen meegedraaid hebben, want in de winter een molen draaien, is iets heel anders dan in de zomer. Het weer is dan anders en de temperatuur dus ook. Zo kan bij warmte of juist kou het hout van de molen uitzetten. En dat zijn allemaal dingen waar je op moet letten. Daarom moet je voor de opleiding ook minimaal een jaar meedraaien, waarin je 150 uren gemaakt moet hebben. Ik vind dat eigenlijk heel weinig en zelf ging ik daar natuurlijk ook ruim overheen. Ik weet niet meer precies hoeveel uren ik heb gemaakt, maar volgens mij had ik er iets van 1.000 of misschien wel 2.000. De opleiding bestaat verder ook uit heel veel theorie. Ieder balkje in een molen heeft een naam en bij ieder type molen is dat dus ook weer anders. Zo is de molen Zeezicht in Nieuwenhoorn bijvoorbeeld een staartbalk en de molen in Brielle, 't Vliegend Hert, die helemaal van hout is, weer een heel ander type. En dat moet je als molenaar dus ook allemaal weten. Je moet dus alle types kennen en in dat zijn er best veel. Ook is de bediening niet bij allemaal hetzelfde, want zo is Zeezicht een grondzeiler en bedien je de wieken vanaf de grond. De molen in de vesting van Hellevoetsluis is een stellingmolen, deze is dus hoger gebouwd met een stelling erom heen. 't Vliegend Hert is een standaardmolen, en zo heb je bijvoorbeeld ook nog wipmolens. Ook zijn de functies van de molens niet allemaal hetzelfde. Alles bij elkaar is het dus niet zo'n heel eenvoudige opleiding. Er gaat best wel veel tijd in zitten. Ik had met het oog op het praktijkgedeelte wel het voordeel dat ik van kleins af aan al mee liep op een molen. Dat verschil ziet een examencommissie ook. Ze zien dan echt wel, dat als je een zeil voorlegt bij een molen, dat dit er gewoon in zit. Maar dat neemt dus niet weg, dat je wel je theorie goed moet kennen.'

'Op dit moment zit ik nog steeds iedere zaterdag op de molen in Goedereede. De molen Zeezicht in Nieuwenhoorn heb ik erbij en hier zit ik zo'n 2 tot 3 keer in de maand. Deze molen is ook een beetje beperkt in zijn draaien, want je kunt hier alleen bij wind van zuid tot west draaien. Op de molen op Geervliet draai ik best wel veel en die ligt heel mooi op de route van Hellevoetsluis naar school. Als ik dan 's middags vrij ben, ga ik daar mijn huiswerk maken en laat ik ondertussen de molen draaien. Op de molen in de vesting van Hellevoetsluis ben ik ook nog een paar dagen per maand. Gemiddeld draai ik zo'n twee dagen per week in totaal. Overigens is het in mijn geval vrijwilligerswerk. Er zijn wel beroepsmolenaars, maar ik denk dat je dan praat over zo'n 50 in heel Nederland. Dat zijn molens die ook echt malen en dat wat ze produceren, ook verkopen. Voor de molens waar ik op zit, geldt dat dus niet. Die draaien alleen, omdat ze dan beter behouden blijven. Een molen die stil staat, gaat namelijk alleen maar achteruit. Je moet dat net zo zien als een gerestaureerde oude auto. Als je die alleen maar opknapt en er niks meer mee doet, start hij over een jaar ook niet meer.'

Andere hobby's
Frank is druk met zijn studie en zijn vrijwilligerswerk op de molens. Andere hobby's heeft hij dan ook eigenlijk niet. 'Maar verder doe ik ook heus wel andere dingen, ga ik stappen en heb ik ook gewoon een vriendin. Mensen denken wel eens, goh, op zo'n jonge leeftijd een molenaar. Ze denken volgens mij best vaak dat dit wat 'stoffig' is en dat je dan een beetje 'koekoek' bent, maar dat is dus echt niet zo', zegt Frank lachend.

Lokaal betrokken
Frank is best lokaal betrokken en volgt ook wel wat er in en rond Hellevoetsluis gebeurt. 'Niet dat ik me er dagelijks mee bezig hou, maar het interesseert me wel. Uiteraard hou ik het ook in de gaten als er iets zou gebeuren wat invloed zou kunnen hebben op de molens. Stel dat ze er bomen bij in de buurt zouden willen planten, dan zou ik wel gelijk melden bij de gemeente dat dit niet kan.'

Wonen in Hellevoetsluis
Frank woont heel erg naar zijn zin in Hellevoetsluis. 'Ja, het is hier echt leuk wonen', beaamt hij. 'Ik vind Hellevoetsluis gewoon erg mooi en denk ook wel dat ik hier blijf wonen. Ieder zaterdag rij ik naar Goedereede en op de dam, kijk ik altijd naar links. Dan kun je over het water naar Hellevoetsluis kijken en dat vind ik echt heel erg mooi. Daar kan ik echt van genieten. Verder hebben we ook alles in Hellevoetsluis. Het is niet te groot, maar het is ook niet te klein, het is gewoon goed zo. Het heeft het stadse, maar toch ook weer het dorpse. Het is niet 'ons kent ons' en dat hoeft van mij ook niet. En de ligging aan het water is natuurlijk ook super. Wat ik wel vind, is dat de indeling van de vesting nu wat vreemd is. Ook vind ik de gekleurde huisjes daar best leuk, maar eigenlijk niet iets wat in een oude vesting hoort. De nieuwe huizen rond de molen in de vesting, vind ik daarentegen wel weer heel mooi. Die stijl spreekt mij veel meer aan en past in mijn ogen ook beter.'

Afbeelding
Stuur jouw foto
Mail de redactie
Meld een correctie

Uit de krant